Tao Te-ching (Dao De-jing)

Vers 1 tot en met 10

1.

De weg die wordt uitgelegd
Is niet de echte weg
De naam die wordt genoemd
Is niet de echte naam.

Hemel en aarde komen voort uit het naamloze
Dingen ontstaan door het benoemen
Vrij van hechting zie je grenzeloos ver
Vast aan hechting zie je grenzen.

Grenzeloosheid en begrenzing zijn één
Ze wijzen naar hetzelfde met een andere naam
Deze eenheid noemen we donker
Het allerdonkerste donker
Dit is de poort tot alle inzicht.

hemel en aarde
man met raamwerk

2.

Iedereen vindt wel iets mooi
Maar als dìt mooi is wordt dàt lelijk
Iedereen vindt wel iets goed
Maar als dìt goed is wordt dàt slecht.

Zijn en niet-zijn verwekken elkaar
Gemakkelijk en moeilijk bepalen elkaar
Lang en kort vormen elkaar
Hoog en laag definiëren elkaar
Muziek en lawaai gaan op in elkaar
Voor en na volgen elkaar.

Daarom volbrengt de wijze zonder iets te doen,
Daarom verklaart de wijze zonder iets te zeggen.

Het leven verschijnt, ze laten het komen
Het leven ontvouwt zich, ze laten het toe
Een goed verloop laten ze gaan
Zo leeft dit “doen” steeds maar door.

3.

Als eer en roem niet worden geboden
Zullen de mensen niet wedijveren
Als kostbaarheden niet worden geprezen
Zullen de mensen niet stelen
Ongewaar van begerenswaardige dingen
Raken ze niet verontrust of verward.

Daarom raadt de wijze aan:
Laat je geest ledigen van illusies
En je binnenste vullen met waarheid
Laat ambities verzwakken
En integriteit versterken.

Hij adviseert kennis en hebzucht te verzaken
En behoedt betweters van impulsieve actie.

Zo, door niet te dóen,
Komt alles terecht.

hebzuchtige vogel
weg langs brug

4.

De Weg is een stroom van leegte
Wie op Weg is raakt nooit meer vol
De Weg is peilloos diep
De oorsprong van alle dingen.

De Weg haalt scherpe kantjes weg
Ontwart de knopen
Verzacht ons licht
Absorbeert ons stof.

Transparant dus onzichtbaar
Altijd aanwezig
Ik weet niet waar hij ontspringt
De Weg is ouder dan de tijd.

5.

De Weg hanteert geen maatstaven
Hij baart allerhande wezens
De wijze zonder oordeel
Ontvangt ieder in het hart.

De Weg is als een blaasbalg
Leeg en met eindeloze adem
Hoe leger je ‘m maakt
Hoe meer lucht er komt.

Hoe meer je er over spreekt
Hoe minder je het kunt vatten
Bewaak het midden.

blaasbalg
oude vrouw

6.

De Weg is een levengevende kracht
Onsterfelijk en verheven
We noemen hem de verborgen moeder
Leeg maar onuitputtelijk
De bron van alle dingen
Ongrijpbaar en aldoor aanwezig
Altijd beschikbaar.

7.

De Weg* is eeuwig en oneindig.
Waardoor is dat zo?
De Weg is niet geboren
Zo kan hij er altijd zijn
Hij leeft niet voor zichzelf
Zo kan hij er zijn voor alle wezens.

Wijzen blijven achter
Zo staan ze voorop
Sluiten zichzelf uit
Blijven zo overal in
Door hun zelfloosheid
Raken ze geheel vervuld.

* Letterlijk: Hemel en Aarde

oceaan melkweg
water en mieren

8.

De besten zijn als water
Dat alle dingen voedt
Zonder inspanning
Tevreden met plaatsen
Die de meesten verguizen
Daarom is het als de Weg.

Ze wonen dicht bij de aarde
Ze voelen en denken met diepte
Ze geven zelfloos
Ze spreken oprecht
Ze regeren in harmonie
Ze werken kundig
Ze bewegen met de tijd mee.

Omdat ze niet strijden
Valt alles op z’n plaats.

9.

Voeg nog meer toe
En het stroomt over
Slijp een scherpe punt
En hij wordt bot
Als je schatkist uitpuilt
Kan die niet meer dicht
Trots op roem en rijkdom
Leidt vanzelf tot falen.

Na gedane zaken
Laat los en stap terug
Dit is de weg van vrede.

schatkist
stromend water

10.

Kan jouw geest in onverdeeldheid rusten
Zonder achter dingen aan te gaan?
Kan jij jouw Qi zo zacht laten stromen
Als dat van een pasgeboren kindje?
Kan jij de innerlijke spiegel doen glanzen
Vrij van elk stofje?
Kan jij mensen liefhebben en leiden
Zonder hen te sturen?
Kan jij poortwachter van de hemel zijn
Zonder enige bemoeienis?
Kan jij de wereld begrijpen
Zonder enige kennis?

Laat ontstaan maar houd niet vast
Breng groot zonder beheer
Dit is ongekende deugd.

Vertaald door: Eerw. Hakuun Barnhard

Copyright: Eerw. Hakuun Barnhard ©